‘As u me veroordeelt vr moord, zou dat onrechtvaardig zijn’

In the last word of the proceedings by Salah Abdeslam, some overlevende van het commando van de terreurgroep Islamic State (IS), dat op 13 november 2015 in Parijs en Saint-Denis 130 mensen doodde en honderden slachtoffers maakte: “Ik heb fouten gemaakt , that’s what it’s like, maar ik ben moordenaar, ik ben niet someone die mensen doodt, en als um me veroordeelt voor moord, zou dat onrechtvaardig zijn.”

“De publieke opinie thinks dat ik op de terrassen aanwezig what om mensen neer te schieten of dat ik in de Bataclan what. U weet dat de waarheid net het tegenovergestelde is”, klonk het verder. “I have de slachtoffers mijn excuses aangeboden, maar sommigen zullen blijven zeggen dat dit oprecht is, of a strategy.” Abdeslam explained that the processes involved in the “menselijkheid” had occurred in relation to the bommengordel and later on.

Behalve Abdeslam kregen also de dertien other aanwezige suspicions het last word. There is no need to say anything about the excess and the family of the slachtoffers. “I believe in justice, I guard the whole world,” Aldus lost lamentations. The other complaints, from how he vijf vermoedelijk overleden zijn, have been justified by verstek.

Het openbaar ministerie heeft tegen twintig suspected penalties of vijf jaar tot levenslang geëist. Also, Abdeslam is aware of the rest of the life of the cell, which means that the advocacy of the law is against a “long term penalty”. Also Mohamed Abrini, “de man met het hoedje”, risked a lifelong opsluiting. The last hearing wordt Wednesday of June 29th.

ttn-31